Voor het eerst sinds lange tijd spreekt de kerk. Nu wel tijdig; op het moment dat er in de samenleving grote verwarring is over de vraag waar grenzen getrokken moeten worden. En terecht wordt er vanuit de kerk gezegd dat we de grens al lang over zijn. Mensen wordt onrecht gedaan als zij niet als mens worden gezien, gelijkwaardig aan ieder ander.

Er waren al eerder mogelijkheden geweest om zo duidelijk deze stem te laten horen. Maar nog niet eerder kwam op zo’n pijnlijke wijze in beeld, waar een grens genomen wordt. Het is dan aan de politiek om vanuit de gelijkwaardigheid van volksvertegenwoordigers daarover vragen te stellen. Maar het is aan de kerk en anderen om vanuit de normen en waarden die de basis vormen van onze samenleving, uit te spreken wat ongepast is.

En juist vanwege die zorg, moeten wij ook steeds bij onszelf te rade gaan hoe we er voor zorgen, anderen persoonlijk aan te spreken en niet als groep. De dag dat ik dit schrijf, blijken velen zelf de afweging te maken of zij nog wel passen binnen de stroming die zij tot nu toe vertegenwoordigden.

Tijdens de catechese werd duidelijk hoe hoog het ook de jongeren zat. Toen wij het seizoen begonnen, stelden we de vragen over verschillen tussen mensen die je mag benoemen en erkennen. Maar duidelijker dan we toen konden voorzien, bleek nu hoe scherp de grens getrokken kan worden, waar je een groep anderen als minderwaardig ziet en wegzet.

Dan komen we dichter dan we beseffen bij het verhaal dat de kern vormt van het evangelie. Mensen die uit zijn op het behoud van het oude en vertrouwde, en mensen die er naar verlangen op een nieuwe wijze met elkaar om te gaan. Mensen die zien hoe de oude structuren wankelen en mensen die geloven in een visioen.

De dreiging die uitgaat van de volgelingen van Jezus, richt zich helemaal niet op de macht van Rome. Ook niet op de macht van het sanhedrin. Het gaat Jezus helemaal niet om de macht. Wel om mensen. Mensen die niet gezien worden. Hij verzet zich tegen het geloof in regels die mensen belemmeren om in het leven tot bloei te komen.

Hij leeft voor hoe het leven waardevol wordt. Hij ziet de mensen in de ogen en schrikt er niet voor terug de mensen op te zoeken die niemand wil zien; die als gevaarlijk en ongelijkwaardig worden buitengesloten. Ook als zij niet tot het eigen volk behoren, bijvoorbeeld de Samaritanen. Ja, juist ook als zij Samaritaan zijn.

Zij die het niet kunnen verdragen, smeden het complot. En altijd weer zijn er mensen die eraan meewerken. Hoewel het misschien een uiting is van hun eigen onmacht goed om te gaan met de verwarring, wat wel en niet goed is. Maar zij zijn in staat de verzamelde massa te laten scanderen: “Aan het kruis met hem!”. Zo kan het gaan. Als niemand het tegenspreekt.

Wij mogen met Pasen vieren dat het niet voorbij is. Zelfs als de grens wordt overgestoken, die geen terugkeer open laat. Dat zit in de genen van de kerk. Pasen is het antwoord voor iedereen die er niet meer in gelooft. Dan straalt het licht en verdrijft wat duister is. Dan blijkt het leven niet zo beperkt als wij het vaak ervaren. En daarvan mogen we getuigen. Juist als het nodig is. Goddank.

 

ds. Roel Knijff