Het is een beetje wennen. Tussen de aangeprezen waren in de reclameblokken, klinkt nu ook een uitnodiging om met Kerst naar de kerk te komen. De klokken die dat vroeger deden, bereiken de huiskamers niet meer. Dus maken we gebruik van de mogelijkheden die deze tijd ons biedt. We zetten onszelf in de etalage.

Kerst is zeker een uitnodiging waard. En wij pakken de komende dagen alles uit om er voor te zorgen dat Kerst niet alleen warme gevoelens oproept, maar vooral ook gaat over de het evangelie van de geboorte. Het kind in de kribbe is geen romantiek, maar heilsgeschiedenis; God laat ons niet los.

Die goede boodschap mag iedereen horen. Niets liever zouden we willen dat mensen er door geraakt worden en zich voegen in de geloofsgemeenschap van getuigen. Uitdragen wat ons bezielt, hoeft niet met schroom – zoals we de afgelopen tijd dachten. We hebben iets te delen en Kerst is het meest toegankelijke feest om mensen bij de kerk te betrekken.

Blijft de vraag of het niet anders kan. Als we dan toch gebruik maken van de technieken die beschikbaar zijn “om je product te verkopen”, blijkt de mond-op-mond-reclame zeer doeltreffend. Hebben we die vorm van werving al voldoende uitgeprobeerd? Was het niet mogelijk elkaar eerst eens uit te dagen, ons vanuit onze eigen kracht te presenteren?

Critici beginnen natuurlijk direct vragen te stellen bij de kosten. Wegen de kosten wel op tegen het bereik? Veel wezenlijker is de vraag of we de kosten wel kunnen verantwoorden ten opzichte van mogelijke andere bestedingen van onze ingezamelde gelden. Bestedingen die misschien meer recht doen aan de kerstgedachte.

Wat communiceren we eigenlijk als onderdeel van een reclameblok? Is de boodschap “iedereen is welkom” voldoende eenduidig? Of etaleren we ook dat we genoeg geld hebben om reclame te betalen? Of nog pijnlijker: dat we alleen op deze manier mensen nog naar de kerk kunnen lokken. Als het daarom nodig is, gaat het met de kerk wel heel erg beroerd.

Wat mij betreft mag de kerk zich overal presenteren. Onze boodschap is het waard. De hoop die met Kerst weer voeding krijgt, mogen we met iedereen delen die het horen wil. Maar liever nog zou ik willen dat we het niet allen zeggen, maar ook doen. We moeten ons geloof handen en voeten geven, zodat ons getuigenis niet bij mooie woorden blijft.

In een reclameblok zouden we als kerk kunnen oproepen, om in deze tijd niet alleen geld uit te geven aan onze eigen inkopen. Maar ook ons geld of onze aandacht juist met Kerst delen met anderen die kwetsbaar zijn. Die niet in de positie zijn dat er veel valt te vieren. Dat ze ervaren dat ze er niet alleen voor staan. Dat ze er bijhoren en even veel waard zijn.

Het is een prachtig initiatief om mensen op te roepen om met Kerst naar de kerk te komen. Maar Kerst krijgt pas echt waarde als we de boodschap de kerk uitdragen. Als het licht zich verspreidt. Juist op die plaatsen schijnt, waar het meestal donker blijft. Tot achterin een stal. Dan is het ook een oproep aan onszelf. De romantiek voorbij.

 

ds. Roel Knijff