Het is bijna 500 jaar geleden dat Luther zijn stellingen aan de deur van de slotkerk in Wittenberg hamerde. Die manier van publiceren was in die tijd gewoon; zoals een muurkrant. In dit geval was de inhoud revolutionair. Luther verzette zich tegen de misstanden in de kerk. En hij kon dat overleven omdat hij de steun kreeg van de vorst van het gebied. Luther was niet de enige die daar zijn tijd ver vooruit was.

Je rijdt 500 kilometer naar het oosten en je bent er. Iets verder dan van Groningen naar Maastricht. Kort geleden was het een land. Nog steeds is het Oost Duitsland. Maar vaak wordt het bij “Noord” Duitsland gerekend. “Oost Duitsland” heeft teveel lading. Het land aan de overkant van het Gordijn. Nauwelijks zelfstandig. En hoewel er een generatie is opgegroeid na de val van de muur, blijft het verschil tussen Oost en West voelbaar.

Er zijn op zondagmorgen 40 mensen naar de kathedraal van Havelberg gekomen. Een vergeten Hanzestad aan de Elbe die nog moet herstellen van de schade van de overstromingen van een maand geleden. De hele streek is getekend door bruine weiden en dode bomen. Er zijn veel wegomleggingen omdat bruggen zijn weggeslagen. De vergeten streek voelt daardoor extra onbereikbaar. Het is stil in de stad. Het voelt stil in de kerk.

Dan begint er iemand op het orgel te toveren. Niet alleen het orgel is een kunstwerk, ook de organist is een kunstenaar. De dominee, die net nog onhandig met zijn toga onder de arm rondliep en blijkbaar veel uitleg nodig had over de gebruiken in de gemeente bij de dienst, heeft zich grondig in de tekst verdiept. Ik hoor een bevlogen theoloog die de gemeente graag wil meegeven hoe waardevol de tekst is, ook voor ons vandaag.

Het land van Luther is het minst kerkelijk van heel Europa. Na de hereniging van beide Duitslanden zijn de kerkgebouwen wel weer hersteld. Maar het contrast met het kerkelijke leven wordt daardoor extra pijnlijk. Ze liepen voorop. En nu lopen ze achter. Of lopen ze weer voorop? 500 kilometer naar het oosten. Zo dichtbij. Misschien zijn de verschillen tussen Groningen en Maastricht wel groter.

Luther ging voorop in het niet klakkeloos aannemen wat je wordt voorgehouden. Hij heeft samen met de westerse protestanten aan de basis gestaan van een geloof dat gevoel en verstand probeert te verbinden. En daarmee misschien ook wel aan de basis van de beweging naar het andere uiterste, waar ons verstand ons geloven belemmert. Zodat de verworvenheden van de Reformatie zich nu tegen ons keren.

Hoe ziet de kerk er een generatie verder uit? Onze kerk. De confrontatie met de kerk in Oost Duistland is ingrijpender dan ik zou willen toegeven. De dienst in de kerk van Havelberg voelde zo vertrouwd, dat de grenzen wegvielen. Maar tegelijk voelde je de marginalisering, de teloorgang en de irrelevantie. De kerk is hoogstens nog waardevol als cultureel fenomeen uit het verleden. Zoals ridders en kastelen.

Het leek of bij de uitvaart van Friso alles samenkwam. Het vorstenhuis en de kerk, de koningin en de dominee. De laatste volwaardige vorst en de laatste volwaardige hofpredikant? Beiden staan symbool voor wat vertrouwd en veilig is. Misschien is het waarderen daarvan wel het probleem. Luther nam een groot risico. De vorst van Saksen ook. Dat heeft de kerk vernieuwd; niet alleen de protestantse, ook de katholieke. Wat durven wij?

Als we – als hij – gewoon bij het begin beginnen: Christus volgen. Of dat tenminste proberen. Als er dan niets met ons gebeurt, is het blijkbaar niet erg dat het gaat zoals het gaat. Maar als we geraakt worden, is dat blijkbaar wel zo. Dat is de bron. De bron van hoop en vernieuwing. Daar mogen we uit putten; dat is de kiem van nieuw leven. Luther wist ook niet hoe, maar hij kon niet anders. Zo mag hij ons opnieuw inspireren.

ds. Roel Knijff