Op de kaart die we ontvingen van het -toen nog- aanstaande bruidspaar in onze gemeente, stond boven de foto van de klokluidende bruidegom: verheugt u! Natuurlijk met het oog op hun huwelijk. Maar ook in het besef dat het die week de zondag Leatare was. De zondag waarop we al een beetje Pasen vieren; de dag van bevrijding komt er aan.

Er zijn delen van het land waar het vieren van deze dagen een traditie is. Bijvoorbeeld in het dorp Eijsden (Zuid-Limburg). Daar vieren ze geen carnaval, maar de halfvasten. Pasen komt er aan en we mogen ons er al op verheugen. Dan staan we al midden in de gedachte van Laetare. De Heer is waarlijk opgestaan!

Het huwelijk was op zichzelf natuurlijk al een vreugde. Dat je elkaar mag ontmoeten en het leven vanaf dat moment wilt delen, is gelukkig iets van alle tijden en alle leeftijden. Alleen durft niet iedereen de stap te zetten. Dat zij het op hun leeftijd (80 en 70 jaar) gewoon doen, dat is een uitnodiging, een bemoediging. Als je het wil, kan het. En waarom niet?

Als ik mensen hoor somberen over de kerk, bekruipt mij hetzelfde gevoel. Is het niet de liefde, de bezieling, het geloof dat bepaalt of iets levensvatbaar is!? Dat kan iedereen wel bij zichzelf nagaan. Als het raakt en waardevol is, doet de leeftijd er niet toe. Hoeft het niet nieuw en blits te zijn. Misschien wel juist niet.

Zo gaat het bij mijzelf. Midden in een snel veranderende wereld is het extra kostbaar dat we ankerpunten hebben, waar we steeds weer naar terug kunnen keren. De Bijbel. De kerk. De gemeente. En feestdagen die helpen te doorleven wat het leven is. Ieder jaar opnieuw maken we de gang van 40 dagen, met als enige verschil dat we zelf een jaar ouder zijn geworden.

Wat in de ogen van buitenstaanders een domme herhaling kan zijn, mag voor wie het beleeft, het leven ordenen en dragen. En ook dragelijk maken. De adem van de 40 dagen is meer dan alleen de adem van het jaar: het is de adem van de tijd. We doorlopen wat we in het leven meemaken, aan hoogtepunten en dieptepunten. Voor ieder anders, en voor ieder gelijk.

Pasen is het gedeelde hoogtepunt in het leven; de opwekking! Er is steeds een nieuw begin mogelijk. Altijd anders, en misschien niet zoals gehoopt of gewenst. Maar wel een echt nieuw begin. Omdat God ons niet loslaat. De last wordt afgenomen, we mogen zonder ballast verder. Aan welke kant van de grens van het leven we ook staan, voor God doet het er niet toe.

Voor ons mensen natuurlijk wel. We kunnen niet overzien wat we niet kennen. We moeten vertrouwen op de belofte. Wat we wel overzien is de werking van de belofte voor het deel van ons mensenleven. Zoals doorleefd in de 40-dagentijd. Trekken door de woestijn. Halverwege een oase. En onderweg naar een land van melk en honing. Het beloofde land.

Vieren we het wel als we de bestemming hebben bereikt? Beseffen we wat de hoogtepunten van ons leven zijn? Vieren we wel echt volledig? Drinken we het glas wel leeg? Als we ons niet laven aan wat ons toevalt, hoe kunnen we dan goed omgaan met dieptepunten. Want die zijn er. Daaraan kun je niet ontkomen. En dat glas moet altijd leeg tot op de bodem.

Het grote verschil tussen Jezus en Johannes, was zijn levensvreugde. Johannes was een profeet. Hij had gelijk, maar was niet benijdenswaardig. Jezus heeft het leven geleefd. Hij was een voorbeeld. Zo mag het leven zijn. Met hem voor ogen kom je bij de kern van het leven zoals God het ons toewenst. Een leven zonder einde. Verheugt u!

ds. Roel Knijff